"Ik ben héél blij dat ik ben doorverwezen"
23 april 2019De toevallige ontmoeting met een oud-collega die zelf prostaatkanker had gehad en wiens schoonvader aan de ziekte was overleden, bracht de toen 56-jarige Twan in beweging om zijn prostaat verder te onderzoeken. Een paar dagen daarvoor had hij de uitslag van zijn bloedonderzoek gekregen, met een ietwat verhoogde PSA-waarde van 3,9 ten opzichte van 3,4 de vorige keer. Een routineonderzoek, dat hij één keer in de zoveel tijd laat doen, om zijn gezondheid te checken. Geen verontrustende stijging, zo had ook de assistent van de huisarts beaamt. Door de pijn in z’n onderrug was Twan er toch niet helemaal gerust op.
Na zijn ex-collega tegen het lijf te zijn gelopen, ging hij terug naar de praktijk, waar hij wederom de assistent trof. “Een bijzonder goede knul overigens”, licht Twan toe. Die nam zijn zorgen serieus en stuurde hem meteen door naar de prostaatpoli van het ziekenhuis in zijn woonplaats. Zijn prostaat werd rectaal onderzocht en er werden biopten genomen. “Ja, wat moet gebeuren, dat moet gebeuren. Ik heb het allemaal heel nuchter ondergaan.”
“Toen ik het woord kanker hoorde, ben ik afgehaakt”
Na een week moest hij terugkomen voor de uitslag. Slecht nieuws: er waren kwaadaardige cellen in zijn prostaat gevonden. “Na drie zinnen, toen ik het woord kanker hoorde, ben ik afgehaakt met luisteren. Zoiets hoor je over anderen, nooit over jezelf.” De uroloog gaf hem de opties bestralen of verwijderen. “Bij bestralen zouden ze mijn zenuwen beter kunnen sparen. Toen vroeg ik: maar wat als jullie niet alles wegkrijgen? Het antwoord was dat ze niet meer zouden kunnen opereren, door het beschadigde weefsel. Toen riep ik meteen: dan moet-ie eruit! Da’s pure emotie.” De uroloog haakte daar adequaat op in. “Hij adviseerde mij, dat als ik dat echt wilde, de operatie het beste in het Canisius Wilhelmina Ziekenhuis in Nijmegen kon laten uitvoeren, met behulp van de Da Vinci Xi robot.” Een advies waar Twan de uroloog achteraf bijzonder dankbaar voor is geweest. “Ik ben van de generatie die doet wat de dokter zegt.”
Met alle informatie gebundeld in een map, gingen Twan en zijn vrouw Corrie huiswaarts. Twan was met stomheid geslagen. “Ik wilde er in eerste instantie niets van weten. Je weet dat je in die map moet kijken, maar ik wilde het niet. Ik was bang. Wat nou als het uitgezaaid is?” Toen hij alle informatie eenmaal had doorgenomen, stond zijn besluit vast: hij wilde geopereerd worden. Het advies van de uroloog was daar leidend in geweest. De informatie die hij daarna had vergaard was eigenlijk alleen maar bevestigend en aanvullend geweest.
“Ik wilde in eerste instantie geen robot aan mijn lijf”
Toch was Twan niet direct enthousiast over het idee met een robot geopereerd te worden. “Ik wil geen robot aan mijn lijf”, was zijn eerste reactie. Na eenmaal research naar de Da Vinci Xi robot te hebben gedaan, zag hij de voordelen van de robot-geassisteerde operatie in. “Mijn broer vertelde ook opnames te hebben gezien van de Da Vinci Xi robot die een druif pelde en daarna het velletje weer feilloos teruglegde. De nauwkeurigheid van de robot gaf me een goed gevoel.”
Nadat hij op 4 december de diagnose prostaatkanker had gekregen, lag hij op 7 februari op de operatietafel. Twan ging, als energieke sportman, fit en voorbereid de operatie in. “Tot het laatste moment heb ik spinningles gegeven bij de sportschool waar ik al acht jaar les geef.” Ook had hij diverse gesprekken gevoerd met Prosper-specialisten, die hem uitgebreid vertelden wat hem te wachten stond. Dat vond hij erg prettig, vertelt Twan. “Ik wist tot in de details wat er ging gebeuren. Niets was nog een verrassing.” Een bekkenbodemtherapeut gaf hem ook oefeningen mee om zijn bekkenbodemspieren te trainen om plasproblemen na de operatie zo veel mogelijk te beperken.
“Somford had goed nieuws: mijn zenuwen waren gespaard gebleven”
De operatie vond plaats in de Prosper-locatie Canisius Wilhelmina Ziekenhuis en werd uitgevoerd door uroloog Rik Somford. “Tijdens het intakegesprek had hij aangegeven waarschijnlijk niet alle zenuwen te kunnen sparen tijdens de operatie, door de ligging van de tumor. Dat interesseerde me op dat moment helemaal niets, als die kanker maar uit mijn lijf was.” Echter, hoe meer de zenuwen aangetast worden, hoe groter de kans op erectieproblemen. Maar Twan had geluk, Somford had beter zenuwsparend kunnen opereren dan hij in eerste instantie dacht. “Goed nieuws dus!” Tijdens de operatie die enkele uren duurde, werden ook 24 lymfeklieren uit zijn onderbuik verwijderd, om er zeker van te zijn dat alle kwaadaardige cellen weg zouden zijn.
Toen volgde de herstelperiode. Als sporter kent Twan zijn lichaam goed en dat heeft z’n vruchten afgeworpen, zegt hij zelf. “Het is een kwestie van aanvoelen wat je wel en niet kunt.” In het begin ging hij veel wandelen, later ook fietsen toen de arts daar groen licht voor gaf. Trouw deed hij de oefeningen die hij had meegekregen en daagde zo iedere keer zijn lichaam een stukje meer uit. “Natuurlijk deed het soms pijn en in het begin voelt het beurs aan, maar het is me alles meegevallen.” De lente was nog maar net aangebroken en Twan hoefde geen incontinentiemateriaal meer te gebruiken. Ook de erectieproblemen zijn hem alles meegevallen. “Het is anders dan voor de operatie, maar ik mag zeker niet klagen. Als ik het nu een getal moet geven, dan zit ik op 90% van wat het was.”
“Na een half jaar besefte ik pas: dit had anders kunnen aflopen”
De mentale verwerking begon zo’n twee maanden na de operatie. “Ik kreeg spontaan huilbuien. Ja echt, heel gek, zomaar uit het niets.” Hij ging met iemand praten om te verwerken wat er allemaal was gebeurd. Want naast dat hij zijn prostaat had laten verwijderen, was Twan ook zijn vader verloren in de afgelopen maanden. “Maar dat praten was niets voor mij. Ik heb het geprobeerd, maar ik ben gewoon lekker gaan sporten en heb het allemaal op mijn eigen manier verwerkt.” Het besef dat het heel anders had kunnen aflopen daalde pas een half jaar na de operatie in, toen alles weer ‘normaal’ was. “In eerste instantie klinkt prostaatkanker helemaal niet zo zwaar, als je het bijvoorbeeld vergelijkt met andere kankersoorten die minder goed te behandelen zijn. Je ziet het litteken ook nauwelijks en mijn herstel is heel snel gegaan. Pas later besefte ik me dat de operatie een vrij forse ingreep was geweest en dat er ook mensen zijn die prostaatkanker niet overleven.”
“Anders had ik niet geweten van het bestaan van die robot”
Als Twan nu, ruim twee jaar na de operatie, terugkijkt op het hele proces, is hij héél blij dat de uroloog van het ziekenhuis in zijn woonplaats hem over Prosper en het bestaan van de Da Vinci Xi robot heeft verteld. “Als hij mij niet die keuze had geboden, had ik waarschijnlijk niet geweten van het bestaan van robotchirurgie. Hij had ook kunnen zeggen: we opereren je hier, met een reguliere kijkoperatie. De kans is groot dat ik dat dan zou hebben gedaan. Maar hij heeft me doorverwezen, voor het beste resultaat.” Twan gelooft sterk dat de robot-geassisteerde operatie een belangrijke reden is van de minimale bijwerkingen en complicaties die hij ervaart. “Kijk, je weet nooit hoe het anders zou zijn gelopen, maar ik denk wel dat het mede door de manier van opereren zo goed met me gaat.”